Elke sprong die je maakt van het ene beeld naar het volgende
beeld in strip is een tijdoverbrugging. De tijd die je overbrugt is bepaald door de manier waarop de
beelden in de kaders op elkaar aansluiten. De ruimte tussen kaders en de ballonnen die gesproken tekst
waarborgen zijn van onbepaalde tijd. De inhoud van het kader en de tekst in de ballon zijn van
bepaalde tijd. En omdat de lezer een definitie kan geven aan beelden en tekst,
valt het niet langer op dat de afbeeldingen eigenlijk stil staan in de tijd. In animatie wordt de kijker voortdurend aangewezen waar hij zich op moet focussen. De kijkrichtingbepalers in film en animatie zijn opstellingen in
grafische relaties, ritmische relaties, ruimtelijke relaties en tijdelijke relaties
tussen shot A en shot B. "In short, editing together any two
shots permits the interaction, through similarity and difference, of the purely pictorial qualities of those two
shots. The four aspects of mise en scene (lightning, setting, costume, and
the behaviour of the figures in space and time) and most cinematographic qualities (photography,
framing, and camera mobility) all furnish potential graphic elements. Thus
every shot provides possibilities for purely graphic editing, and every cut
creates some sort of graphic relationship between two shots" (FilmArt an introduction, continuity editing
p252) In strip is de focus op de pagina overal. In strip zijn het verleden en de toekomst meer dan herinneringen
en mogelijkheden. Scott McCloud (de auteur van understanding comics en
striptekenaar) beschrijft de lezer van een comic als het oog van de
wervelstorm
|